Stoofvlees

Denk jij bij stoofvlees ook aan je oma, of misschien wel je overgrootoma? Dat kan best kloppen. Tegenwoordig maken we dit zelf niet zo snel meer klaar. Maar dat is eigenlijk best zonde, want stoofvlees is vaak vlees dat veel gelatine bevat en dat eten we veel te weinig. En daarbij komt dat het helemaal niet zo moeilijk is om stoofvlees te maken.

Gelatine

Eerst even over gelatine. Want waarom is gelatine dan zo belangrijk. In gelatine zit onder andere glutamine, dit is een aminozuur dat helpt onder andere bij een goede darmgezondheid. Zo verstevigt en herstelt dit de darmwand. Bovendien helpt gelatine ook met het herstellen van de slijmlaag van de darmwand. Natuurlijk is gelatine niet het enige dat je darmen gezond maakt, maar het helpt al een heel stuk. Daarnaast zit in gelatine proline en glycine en deze stofjes dragen bij aan het versterken en herstellen van het bindweefsel en het kraakbeen. Glycine heeft ook nog eens een ontstekingsremmende werking, wat we wel kunnen gebruiken, zeker bij acne. Gelatine en collageen zijn eigenlijk hetzelfde, collageen is namelijk de gekookte vorm van gelatine. Het is één van de voedingsstoffen die ik adviseer, omdat het heel gunstige eigenschappen heeft voor je huid. En niet alleen om er jonger uit te zien.

Stoofvlees maken

Voor stoofvlees gebruik je vaak runderlappen, maar je kunt ook gaan voor runderwangen. Runderwangen hebben echt heel veel gelatine en is ook vrij mager vlees. Ik koop de runderwangen bij zorgnatuur. Runderlappen of runderwangen hebben lang de tijd nodig om te garen, anders is het vrij stug vlees. Juist door de langzame garing, wordt het vlees heel zacht. Naast het vlees dat je nodig hebt is een braadpan handig, die eventueel in de oven kan (dus geen plastic deeltjes) of een slowcooker (deze gebruik ik, geen reclame). Een slowcooker is energiezuinig, daarom kies ik daarvoor.

Stoofvlees maken kan best intimiderend zijn, maar ik beloof je het is echt heel makkelijk. Je maakt alles klaar in de ochtend en in de avond kun je er heerlijk van smullen. Hieronder het recept dat ik gebruik.

Ingrediënten

  • 3 Grote wortels/winterpenen
  • 3 Stengels bleekselderij
  • 3 Middelgrote aardappels
  • 2 uien
  • 4 tenen knoflook
  • 600-700 gram stoofvlees
  • ongeveer 2 eetlepels Tomatenpuree
  • (Botten)bouillon (of water)
  • 1-2 eetlepels Boter
  • Azijn (Appelazijn, rode wijnazijn)
  • 2 eetlepels Meel (kan elke vorm zijn, ik gebruik cassavemeel)
  • Zout/ Peper

Bereidingswijze

  1. Snijd het vlees in blokjes van 3 cm, bedek deze met zout en peper en de meel. Hussel goed door elkaar, zodat elk stukje bedekt is.
  2. Snijd alle groentes in blokjes van ongeveer 1 cm en snijd de knoflook fijn.
  3. Smelt boter in de pan en bak eerst het vlees aan. Als de buitenkant bruin is, haal je het vlees uit de pan en zet je het even aan de kant.
  4. Doe nog wat boter in de pan en bak de groenten aan in de pan. Voeg peper en zout naar smaak toe.
  5. Ik doe daarna alles over in de slowcooker. Je kunt bij deze stap ook het vlees weer terug in de pan doen en het daarin verder laten garen. Zet in het laatste geval de oven op een lage stand (110 graden boven-en onderwarmte )en zet de braadpan ongeveer 8 uur in de oven.
  6. Als je de slowcooker gebruikt en je hebt de groenten en het vlees daarin gedaan, gebruik ik een scheut azijn om de aanbaksels in de braadpan los te maken en het mengsel giet ik bij het vlees en de groenten in de pan (dit geeft smaak). In de braadpan giet je de azijn bij het vlees en de groenten en schraap je ook over de bodem om de aanbaksels los te maken.
  7. Giet bij het vlees en de groenten de tomatenpuree, de bottenbouillon (net zoveel tot het vlees voor 75% onder staat, of helemaal, maar dan wordt het meer soep, wat ook lekker is. Kijk wat jouw voorkeur heeft). Naar smaak zout en peper erbij, of ga voor een bouillonblokje. Bottenbouillon of water hebben niet veel smaak.
  8. Laat alles ongeveer 8 uur pruttelen, zowel in de slowcooker als in de oven.